Op 2 november is het Allerzielen en op die dag worden alle overledenen herdacht. Ook dus degenen die aan boord van schepen stierven. Want schepen zijn niet alleen vervoermiddelen voor het overbrengen van vracht en passagiers. Het zijn ook drijvende dorpen met een geheel eigen leven. Alles wat aan de wal gebeurt, gebeurt ook aan boord van schepen, maar dan op een klein oppervlak en met de restrictie dat je er niet zomaar vanaf kunt. Net als aan de wal vinden er vrolijke gebeurtenissen, zoals verjaardagen of geboortes plaats. Maar soms gebeuren er ook trieste aangelegenheden, zoals sterfgevallen. In vroeger tijden vochten we onze vetes met Spanje, Frankrijk of Engeland met enige regelmaat uit tijdens zeeslagen. Met honderden, soms duizenden doden als gevolg.
De zee kleurde dan rood van het bloed. We staan daar nu nog maar weinig bij stil en nemen het voor lief. Het hoorde erbij. Maar let wel, zo’n enorme zeeslag ontwrichtte vaak voor jaren hele dorpen en gezinnen. Gesneuvelde zeehelden kregen soms nog een staatsbegrafenis en een praalgraf in een kerk, denk maar aan Maerten Tromp, Piet Hein of Michiel de Ruyter, maar voor gewone schepelingen was dit natuurlijk niet weggelegd. Zij stierven anoniem en kregen een zeemansgraf.